Geboetseerd langs natuurschoon
Rio de JaneiroBR
Rio de Janeiro is gesitueerd op de zuidelijke oever van een door land ingesloten haven van de baai van Guanabara. Op deze alluviale strook van 20 kilometer lang tussen de azuurblauwe Atlantische Oceaan en de met jungle bedekte bergen van het Tijuca-massief, zijn de straten en gebouwen van de stad geboetseerd langs de voet van de bergketens die het schilderachtige stadsdecor vormt. Tegelijk liggen in de baai talrijke rotsige eilanden met witte stranden versnipperd. Adembenemend zijn de panorama’s op de stad; zowel vanuit de lucht, vanaf de bergen als vanuit penthouses voor de hoogbouwliefhebbers.
Sinds het begin van de vorige eeuw is getracht met ambitieuze projecten onder invloed van Haussmann, Le Corbusier en Lúcio Costa aan de stedebouwkundige problemen het hoofd te bieden. De stad werd de proeftuin voor Brasília. Er ontstonden prototypes van gescheiden verkeerscirculatie, superquadra’s en een monumentale as. Toch is Rio de Janeiro geen modernistische stad. Zowel door de stugheid van het gebergte en van de bestaande bouwmassa, als door de vluchtigheid van de zee en de politiek was het onmogelijk eenheid in de stad te brengen.
De stad zelf is verdeeld in drie delen: centro (proletariaat), zona norte (fabrieken en spoorwegen) en zona sul (staat synoniem voor ‘rijkdom’), terwijl de verscheidene bairros (of: wijken) —onderling geïsoleerd door de groei van de metropool— hun individuele en karakteristieke sfeer hebben behouden. Door de Olympische zomerspelen van 2016 is het uiterste gebied binnen de stadsgrenzen, Barra da Tijuca, in duizelingwekkende vaart uitgebreid met appartementsgebouwen en faciliteiten.